Storytrails interactive tours

Martena

Bezienswaardigheid/monument

Adresgegevens

 

Noomen: "Een van de aanzienlijkste adelshuizen binnen Franeker was het Martenahuis, gebouwd door Hessel Martena, die zelf met een meisje Hottinga - een van de Sjaerda-erfgenamen - was getrouwd. In 1517 maakte hij in zijn testament ondermeer beschikkingen over myn huiss met schuren ende hoevenn in Franicker. Ik verwijs voor een verdere beschrijving naar het onlangs verschenen boek (Gerrits en Mulder-Radetzky, Hessel van Martena (2009)."

SIF: "Het huis is in 1498 ontstaan."
"Hessel van Martena, een uit Cornjum afkomstig edelman, liet in 1498 op deze plaats een huis bouwen."
"Het huidige pand heeft echter een 17e-eeuws aanzien door ingrijpende verbouwingen in die periode en de ‘reconstructie’ in de 20e eeuw.
Het is een onderkelderd gebouw, bestaande uit twee loodrecht op elkaar staande vleugels. De muren zijn in afbraak kloostermoppen uitgevoerd, afwisselend in een laag rode en een laag gele steen. De vensters bestonden uit natuurstenen kruiskozijnen gevuld met glas in lood. De vroegere hoofdingang bevond zich in de traptoren aan de tegenwoordige achterkant in de hoek van de beide vleugels. Deze ingang en het plein ervoor waren bereikbaar via een stevig poortgebouw met bovenwoning aan de oostkant van het huis. Op een plattegrond van Franeker uit 1616 is die situatie nog herkenbaar. Aan de Voorstraat bevond zich over de gehele lengte een grote zaal. De inwendige constructie werd opgebouwd uit moer- en kinderbinten, stijlen met gothische sleutelstukken en korbeels. De kelderverdieping is overwelfd op pijlers."
"In 1694 kwam het pand door openbare verkoping in eigendom van Suffridius Westerhuis. Hij heeft rond 1700 het pand drastisch verbouwd, waarbij aan de Voorstraat een hoofdingang werd gemaakt. Op de hoofdverdieping werd een hal gemaakt met in het verlengde een gang. Rechts van de hal ontstond een kamer, welke de oorspronkelijke breedte van de zaal behield. De moer- en kinderbinten werden door een casetten-plafond met beschilderde vakken aan het oog onttrokken. De wanden werden later van beschilderde doeken voorzien. De linker kamer, twee vensters breed, werd minder versmald. Het balkenplafond bleef in het zicht. Achter deze kamer werd een keuken geprojecteerd. In het plafond is de plaats van de vroegere muur van de zaal nog afleesbaar. Wellicht zullen de vensters bij deze verbouwing van schuiframen met een kleine roedeverdeling voorzien zijn.

In 1826 erft mr. Albartus Deketh het huis. Hij is een zoon van mr. Petrus Deketh en Gezina barbera Telting en daarmee een kleinzoon van de vorige eigenaresse. Acht jaar later besluit hij het huis te verkopen, omdat hij er zelf niet woont. Hij verkoopt Martenahuis aan zijn achterneef mr. Albartus Telting, die het geheel koopt voor f. 5.000. Het huis werd toen bewoond door dhr Walraven Willem Noodt, de kelders door Sjoerd Faber en Koenraad Ysbrandi.
Ook in de 19e eeuw werden de nodige moderniseringen uitgevoerd, waarbij o.a. de vensters van z.g. empire-ramen werden voorzien. In 1895 werd het pand aangekocht door de gemeente Franekeradeel en in 1971 en 1972 werd het pand gerestaureerd en geschikt gemaakt als gemeentehuis. Inmiddels is het geen gemeentehuis meer, maar sinds 2006 is er "Museum Martena" in gevestigd.

Bij deze restauratie zijn weer natuurstenen kruiskozijnen aangebracht in de oorspronkelijke vorm, hoewel de ingangspartij uit 1700 bleef gehandhaafd. Het bordes werd tevens aan de linkerzijde van een trap voorzien.
Bij het aanschouwen van een foto uit 1970 kunnen we opmerken dat het handhaven van de empire-vensters zeer aanvaardbaar geweest zou zijn, zelfs zeer wenselijk. In de rechter kamer zijn de binnenluiken behorend bij de empire-vensters gehandhaafd. De tuin achter het huis werd in 1694 ontworpen naar de stijl van de Franse tuinarchitect Lenótre. Het werd een lustoord met parterres en spiegelhagen en orangerie. In 1830 werd de tuin in de landschapsstijl veranderd. In de tuin bevindt zich veel stinsenflora."