Storytrails interactive tours

Toutenburg

Bezienswaardigheid/monument

Adresgegevens

 

Noomen: "Onder Rijperkerk werd rond 1525 door stadhouder Georg Schenk van Toutenburg het buitenhuis Toutenburg gesticht. Enkele jaren later, in 1529, liet hij vanuit Leeuwarden de Zwarteweg erheen aanleggen. Toen deze weg het verkeer vergemakkelijkte, werd Tietjerksteradeel een aantrekkelijke omgeving voor meer hoge ambtenaren die daar een buitenhuis stichtten. In de volgende eeuwen werden in de omgeving vele andere buitenplaatsen gesticht."

SIF: "George Schenk van Toutenburg was een zoon van de Duitse edelman Johann Schenk von Toutenburg en zijn vrouw Ludomitia von Schleinitz. Hij was overste in het leger van Keizer Karel V en werd in 1521 tot stadhouder van Friesland benoemd. Hij trouwde eerst met jonkvrouw Anna de Vos van Steenwijk en na haar dood met Johanna gravin van Egmond. George stichtte omstreeks 1525 de buitenplaats Toutenburg tussen de dorpen Rijperkerk en Tietjerk.
Om gemakkelijk en snel te kunnen reizen tussen zijn landhuis en Leeuwarden, de zetel van zijn regering, liet hij tussen 1528 en 1531 een weg aanleggen, de ‘Zwarte Weg’ genoemd. Daardoor wordt dit kruispunt nog steeds "Zwartewegsend" genoemd.

Bij zijn dood in 1540 laat George het slot Toutenburg na aan zijn zoon Carel Schenk van Toutenburg. In een missieve van 1564 met betrekking tot de tolheffing op de Zwarteweg, wordt melding gemaakt van het feit dat de bewoner van "Hove Toutenburg", joncker Carel Schenk en diens huisgenoten en dienstbaren, van die tolheffing worden vrijgesteld.
Van wat er de volgende eeuw met Toutenburg gebeurde is weinig of niets bekend.

In 1640 is het slot eigendom van een heer Marssum, "één der Burgemeesteren" van Leeuwarden, die het huis verhuurde aan de weduwe Trijn Jacobs.

In 1698 wordt Reiner Gijsbert Fontein als eigenaar vermeld. Waarschijnlijk liet hij op het landgoed Toutenburg aan het begin van de 18e eeuw een tweede huis laten bouwen, Vijversburg genaamd. Uit 1721 en 1722 dateren twee tekeningen, de ene met "Vijversburg" en de andere met "’t slot Toutenburg".

In 1748 is het landgoed eigendom van jonkvrouw Jaycke van Wyckel, weduwe Kuffelaar en tien jaar later, in 1758, Blijkt Eelco van Haersma de eigenaar te zijn. Nog eens tien jaar later, in 1768, is eigenaar mr. H. van Steeken, "Old Raad-Ordinaris in den Hove van Friesland".
In 1820 woont hier jonkvrouw Titia van Sminia uit de Bergumer tak van deze familie. Tien jaar later verkopen de erven Van Sminia het buiten aan Salomon Nathan Leeuwenstein, die het overdroeg aan de douairière Van Sytzama.

In 1842 wordt de State verkocht voor de sloop voor 6300 gulden. Toch is het huis niet direct afgebroken, want in 1850 wordt de bouwvallige state door dr. Nicolaas Ypeij aangekocht voor elf duizend gulden. Door deze familie wordt vrij spoedig daarna opdracht gegeven de state af te breken. Deze familie was eigenaar van het naastgelegen Vijversburg.

De zoon van Nicolaas Ypey, Age Looxma Ypey was een kunstliefhebber en verzamelaar. Hij bracht grote collecties munten en porselein bijeen, die hij later samen met een legaat van 50.000 gulden aan het Fries Museum naliet. Age was ongeneeslijk ziek en toen zijn moeder in 1890 op 84-jarige leeftijd stierf, trof hij testamentaire beschikkingen, waaraan o.a. de ‘Stichting op Toutenburg’ te danken is. Op de plaats waar Toutenburg heeft gestaan werd een gasthuis gebouwd naar een ontwerp van de Leeuwarder architect H.H. Kramer, dat de oude naam "Toutenburg" nog steeds draagt. Age overleed op 8 augustus 1892 in de ouderdom van 59 jaar."

"Op het terrein staan 20 woningen, die al sinds 1894 in gebruik zijn als bejaardenwoningen."

(bron: Aantekeningen van J. Leemburg; Aantekeningen van J. van der Zwaag).